Lieve juf, Toffe meester,

Ja, dat staat er. Lief. Tof.
Want dat ben je.
Hoe ik dat weet?
Dat vertellen mijn kinderen me. Je bent een “geboren leerkracht”, zijn letterlijke woorden die hier gesproken werden. En ook nog eens heel grappig. Je weet veel. De ideale combinatie wat mijn zoon betreft. En juf, je bent lief. Echt waar. De liefste juf, dat zegt de kleuter zelf. En als hij dat zegt dan is dat zo.

Daarom schrijf ik jullie vandaag.

Een beetje om sorry te zeggen.
Maar vooral omdat jullie het vast zullen begrijpen. Mijn verwarde hoofd, ongestrikte veters en het te laat zijn van deze ochtend.
En gister. En eergister. Eigenlijk best heel vaak…

Juf, het spijt me. Je had net iedereen in de kring, ze waren eindelijk stil. Ogen op jouw gericht, luisterend naar wat er die dag op het programma stond.
Meester, mijn excuses! Ze zaten allemaal -mondkapjes op de hoek van de tafels gelegd- op hun stoel. Ze waren stil -een wonder in jouw klas vol betweters- en je was al aan de uitleg van de nieuwe rekentaak begonnen…
En toen kwam mijn kind binnen… weg moment van stilte.
Kon je weer van voor af aan beginnen!

Het spijt me. Mijn oprechte excuses!

Natuurlijk vraag je je af of het dan echt zo moeilijk is, half negen ze in de klas te hebben. “Wat als je nu mikt op tien minuten eerder…” “Wat als je nu iets eerder opstaat… Eerder weggaat…” Ik weet het, ik heb ze allemaal al wel eens gehoord. Ik begrijp het. Ben het ook volledig met je eens.

Toch wil ik je ook graag een kijkje geven in onze ochtend. In de anderhalf uur -voorafgaand aan dat jij mijn kind ontving in de klas- hadden we er namelijk al een dag op zitten. Ja, een dag, in anderhalf uur.

Zo schreven #1 en #4 samen een boek “experimenten aan de ontbijttafel” (waarbij natuurlijk de experimenten wel even getest moesten worden…), heeft #3, als een volleerd image ontwerper, een complete analyse gehouden bij elk kledingstuk compleet met bijpassende omgangsvormen. #2 heeft haar eerste turntraining van de dag er al op zitten.
Het beroep van interieur verzorger zijn ze nog niet helemaal machtig, dus daar liep het hele gebeuren wat vertraging op. Verder werd er een zeer geniaal, maar niet perse procesversnellende, bestekrobot ontworpen tijdens het eten van de havermout. Ook werd er flink gefilosofeerd over of het wekken van kinderen om kwart over zeven ’s ochtends bijdraagt aan de groei van de maatschappij of niet.

Toch waren dat niet echt de zaken die de vertraging opleverden, het was gewoon de dagelijkse gang van zaken.

Nee, zie je, om op school te komen vind deze moeder het belangrijk dat haar kinderen gekleed zijn, gevoed, tanden gepoetst en haren soort van gedaan. En schoenen aan de voeten, liefst schoenen.
Het zijn deze dagelijkse dingen, de verzorging van het zelf, die wat moeite kosten hier in huis.
Een gemiddelde vijf jarige heeft in zijn leven, laten we het minimale nemen, zo’n 4000 maaltijden gehad. Toch moeten we hier nog regelmatig er op wijzen dat eten betekent dat je het voedsel van je bord moet verplaatsen naar je mond. En daarna de volgende hap. Enzovoort.
Of het tandenpoetsen. Van een tienjarige (omdat deze dagelijkse dingen wat meer moeite kosten bij onze kinderen om in te slijten -heeft te maken met iets dat met een mooi woord “executieve functies” heet- beperken we het tandenpoetsen maar tot 1x per dag) kan je verwachtten dat hij/zij dat al zo’n 4000 keer heeft gedaan. En dus enige ervaring heeft. Toch mogen wij elke dag weer uitleggen hoe het werkt. Tandenborstel op je tanden zetten en dus niet alleen maar op je tong, of in de lucht houden terwijl je stoeit met je zus. Hoewel dat allemaal heel leuk is en in hun ogen zeer essentieel op de vroege ochtend. Zie je, juf, snap je meester, ze hebben ook nog eens een moeder die niet altijd de meest geduldigste is. Dus tja, dan loopt dat uitlegproces nog welleens wat minder soepel…

Maar met alle liefde doe ik het toch. Nog eens vertellen dat havermout beter eet met n lepel in je hand dan een vork tussen je tenen (het wordt hier geprobeerd, met volle overgave!). Met liefde (en enige haast, zo ’s ochtends) help ik ze bij het schrijven van hun boek, het uitvoeren van hun beroep als image ontwerper of simpelweg met aankleden. Want weet je meester, zie je juf, dat is best een uitdaging, als je elke naad van je kleren voelt op je huid, als een irritatie.

Maar dan komt toch het moment dat ik de klok zie tikken.
Hoewel we meerdere klokken hebben in de kamer en de keuken zien onze kinderen ze niet. Tijd is namelijk een concept dat niet bij hen binnen lijkt te komen (heeft ook weer iets te doen met die executieve functies). Te abstract. Niet nuttig ook. Weinig creatief. (Behalve als je in de wijzers alerlei structuren en afbeeldingen mag ontdekken.) En al zien ze het wel en realiseren ze zich dat over 15 minuten de school begint en we dus al onderweg hadden moeten zijn betekent dat niet dat er de meest passende en effective actie op volgt. Voor #1 is het een reden om vooral in de stress te raken -want nu zijn we te laat- wat zorgt oor totale bevriezing van zijn denk- en handelvermogen. Voor #2 is het de aanwijzing dat ze naar boven moet hollen om nog ‘dit en dat’ te halen (die friemels, die dan met een sjiek woord weer “sensorisch materiaal” wordt genoemd, voor onze kinderen van levensbelang, helemaal in een week vol toetsen en dus nog meer stil zitten). En #4 moet precies op dat moment ook echt nog even vertellen over de belevenissen van een dag ervoor, want bij het pakken van de rugzak komt dat verhaal -in al haar glorie en met de volle emotie zoals die gister is beleefd- weer boven.

Ergens daar tussen door, tussen de turntraining, het ontbijt naar binnen schuiven en de haren soort van doen tot het moment dat ik ze bij jou afzet, vinden gemiddeld genomen zo’n zes psychologische sessies plaats. Nee, het zijn niet de 45 minuten durende sessies waar je 90 euro voor betaald. Ze zijn gratis, maar duur betaald met mijn kostbare energie. Het zijn de meest waardevolle lessen, prachtige momenten. Helaas niet altijd met de meeste liefde en geduld gebracht. Simpelweg omdat ik om tien over acht ’s ochtends niet altijd de beste psycholoog bent.

Maar geloof me meester, juf, als ik ze naar binnenschuif, 5 of zelfs 10 minuten te laat, heb ik ze gevoed, 80% van de tijd hebben ze een schone onderbroek aan. En ik heb ze liefde gegeven. Veel liefde. Altijd in de vorm van een dikke knuffel, soms in de vorm van een extra gevulde broodtrommel en soms kwam die liefde helaas als schreeuwende woorden uit mijn mond.

Maar ze hebben hard gewerkt, een boek geschreven, verslag gedaan, dingen ontworpen en bedacht. Soms zelfs al een wereldreis gemaakt. Ze zijn wakker geworden, aangekleed, ze hebben gegeten en soort van zichzelf verzorgt. En dat allemaal om kwart voor negen ’s ochtends.
Dus als je ze van me overneemt, tien minuten later dan je had gehoopt, en je vraagt waarom hij of zij eigenlijk zo laat is… Dan hoop ik dat ze net zo complimenteus en positief over mij zijn als dat ze over jou spreken!
Dat ze zullen antwoorden: “Dat komt omdat mijn moeder zo’n goede reisbegeleider is. Ook weer vanochtend toen ze met me meereisde de wereld over en de tijden door. Dat komt omdat mijn moeder zo’n goede luisteraar is toen ik vertelde over de boeken die ik aan het schrijven ben. Moet U horen meester, dat komt omdat ik nog niet weet hoe ik tandenpoetsen moet, maar mijn moeder dat gewoon rustig of ietsje minder geduldig nog een keer wilde uitleggen.”

Kijk ook alsjeblieft niet raar op als ze er aantoevoegen: “Zie je meester, juf, ik ben laat omdat ik soms het meeste leer op de momenten dat ik me klaar moet maken om naar de plek te gaan waar ik moet leren. En daarom ben ik nu even moe. Vind je het goed als ik eerst even een kwartiertje rust neem, even pauze neem? Dan kan ik straks weer verder gaan. Ik beloof het echt, ik zal er zijn.”

Dus liefste juf en tofste meester, mijn excuses. Ze waren weer te laat.
Maar ze zijn er.
En daarvoor ben ik trots op ze. En ook best een beetje op mezelf.